BRINK, Type  B-10 HRD, B-16 HR(D), B-25 HR(D), B-40 HR(D)
 
Een toestel uit de Brink Allure-serie is een gasgestookte luchtverwarmer met een Hoog Rendement en een Schonere Verbranding. Dit betekent dat het toestel minder gas verbruikt dan vergelijkbare toestellen en de uitstoot van schadelijke stoffen tot een minimum wordt beperkt. Ook is het opgenomen elektrische vermogen sterk gereduceerd door gebruik te maken van gelijkstroomventilatoren met een hoog elektrisch rendement onder alle gebruiksomstandigheden en het toepassen van geavanceerde
elektronische regelsystemen.
Het toestel kan traploos het afgegeven vermogen moduleren tussen de 25 en 100%. Een modulerende ruimtethermostaat meet het verschil tussen de ingestelde temperatuur en de werkelijke temperatuur.
Aan de hand van het verschil wordt het benodigde vermogen bepaald om de ruimte snel op de gewenste temperatuur te brengen en te houden. De besturingsunit zal het signaal van de modulerende ruimtethermostaat verwerken en de stand van de traploos geregelde brander bepalen. De
luchthoeveelheid wordt aangepast aan de uitblaastemperatuur van het toestel. Dit alles zorgt voor een zeer gelijkmatige ruimtetemperatuur, waardoor een perfect binnenklimaat wordt gerealiseerd.
Het toestel wordt gebruiksklaar afgeleverd. Alle regelapparatuur is fabrieksmatig gemonteerd en gecontroleerd. Het toestel moet bij plaatsing worden verbonden met het rookgasafvoerkanaal, het verbrandingslucht toevoerkanaal, de systeemluchtkanalen, de gasleiding, de condensafvoer, het elektriciteitsnet, de ruimtethermostaat en de temperatuurvoeler in het uitblaaskanaal.
Aangezien het toestel zelf het benodigde vermogen voor het verwarmen bepaalt, kan de installateur dit niet wijzigen met de instelling van de gasdruk.
Het toestel is fabrieksmatig ingesteld op een standaard programma. De gebruiker kan met een ventilatieschakelaar op de ruimtethermostaat kiezen uit een drietal bedrijfssituaties van het toestel.
 
Buitenlucht uitvoering 
Bij een toestel in buitenlucht uitvoering is een buitenluchtkanaal, eventueel voorzien van een wisselklep, aangesloten op het retourkanaal. Daarbij kan het toestel in deze uitvoering van 0 tot 100% buitenlucht aanzuigen, afhankelijk van de stand van de wisselklep.
In deze uitvoering wordt naast het onderhouden van de ruimtetemperatuur eveneens de ventilatielucht op een vooraf ingestelde minimum temperatuur gehouden.
Om het toestel als een buitenluchttoestel te laten functioneren, zal de installateur een aantal parameters in het programma van de besturingsunit moeten veranderen met het bedieningspaneel op het toestel,
na invoering van een toegangscode. Op het display zijn de ingestelde waarden af te lezen.